Borstvoeding
Opmerkingen vooraf:
- De combinatie van rust, regelmaat en inbakeren is een manier om onrust bij je baby te voorkomen of te verhelpen, maar het is zeker niet de enige. Laat het idee varen als je voelt dat het niet bij je past.
- Borstvoeding houdt meer in dan alleen voeding. In dit artikel wordt echter alleen ingegaan op het voedingsaspect. Het is aan jezelf om de overige aspecten van borstvoeding – bijvoorbeeld het troosten – een persoonlijke invulling te geven.
Goed aanleggen is het halve werk
Bij borstvoeding horen de eerste weken in het teken te staan van oefenen en op elkaar ingespeeld raken. Vaak voeden (minstens 8 voedingen per etmaal) en goed aanleggen zorgen ervoor dat de melkproductie goed op gang komt.
Wil je graag succesvol borstvoeding geven, gun jezelf de eerste weken dan de kans en de tijd om handig te worden in het aanleggen. Dit is een investering die zich later dubbel en dwars terugverdient! Geef het vraag-en-aanbod principe van borstvoeding een kans. Blijf in elk geval niet rondlopen met vragen of twijfels over de voeding. Voor diverse problemen is meestal een eenvoudige oplossing te vinden. Vraag om raad bij je jeugdverpleegkundige, een lactatiekundige of kijk of er een mama- of borstvoedingscafé bij jou in de buurt is.
Eén van de belangrijkste punten is om een borstgevoede baby een goede drinktechniek aan te leren. Wees daarom in het begin “streng” en geduldig bij het aanleggen, daarmee voorkom je o.a. tepelkloven en een halfvolle buik. Een goed aangelegde baby kan in een korte periode zijn buik goed vol drinken.
Lijkt je baby prikkelbaar, probeer dan de vroege hongersignalen van je baby te ontdekken om voedingsproblemen te voorkomen.
Goed uitgerust = energie om te drinken
Let in de eerste weken ook op de relatie tussen voeden en slapen. Bij baby’s kun je het slapen namelijk niet los zien van het voeden en andersom. Een uitgeruste baby drinkt rustiger en effectiever en slaapt beter dan een oververmoeide baby. Bij een uitgeruste baby kun je slaapsignalen van hongersignalen onderscheiden. Bij een oververmoeide baby is dit veel moeilijker. Lees meer over preventie van onrust bij pasgeborenen.
Een pasgeboren baby doet tijdens het drinken al snel zijn ogen dicht. Laat je baby tijdens het drinken echter niet ‘dutten’ of helemaal in slaap vallen. Laat hem drinken tijdens drinktijd en knuffel hem tijdens de wakkere tijd. Bij slaapsignalen is het slaaptijd.
Krampjes
Darmkrampjes zorgen nogal eens voor een verstoring van de slaap. Hoewel darmkrampjes normaal zijn de eerste maanden, zijn ze in sommige gevallen toch te verlichten. Darmkrampjes kunnen uiteenlopende oorzaken hebben. Eén van de oorzaken is: veel borstvoeding. Veel moeders hebben hier in de eerste weken mee te maken. Wil je meer weten over oorzaken van krampjes en wat je er aan kunt doen, lees dan dit blog over krampjes.
Reflux
Als gevolg van overproductie krijgen sommige baby’s refluxklachten. Raadpleeg dan een deskundige die ‘multifactorieel’ kan kijken. Angelique van Baby & Borstoeding, is lactatiekundige en kinderverpleegkundige n.p. en schreef dit blog over reflux.
Allergie
Als je reden hebt om aan te nemen dat je kind een verhoogde kans heeft op een allergie, overleg dit dan met de jeugdverpleegkundige van het consultatiebureau. Bij 2,4 procent van de baby’s is daadwerkelijk sprake van een koemelkeiwitallergie. Het is een heel traject om dit te onderzoeken en vast te stellen. Het consultatiebureau gebruikt hiervoor een richtlijn. Of lees de duidelijke informatie over voedselallergie van Isala.
Voeden op verzoek
Het is normaal dat een borstbaby vaker wil drinken dan een baby die kunstvoeding krijgt. Dit komt door de lichtverteerbaarheid van borstvoeding. Kunstvoeding bevat andere eiwitten en geeft daardoor gedurende langere tijd een ‘vol’ gevoel. Vandaar dat je een borstbaby in dit opzicht niet kunt vergelijken met een baby die kunstvoeding krijgt. Verder is borstvoeding geen constante factor. Het wordt daarom ook wel levende melk genoemd. Om ervoor te zorgen dat je zeker weet dat je baby genoeg krijgt zal hij dus te drinken moeten krijgen als hij daarom vraagt. Het is een kwestie van vraag en aanbod. Hoe meer een baby zuigt en drinkt, hoe meer melk er wordt aangemaakt. Krijgt je baby te weinig kans en gelegenheid om genoeg te zuigen en te drinken, dan zal de borstvoeding onvoldoende op gang komen. Grote vraag is echter: “Wanneer vraagt je baby om drinken?” Lees meer over voeden op verzoek.
Rust regelmaat en inbakeren
Bij jonge baby’s is het zinvol om bij onrust eerst de voeding onder de loep te nemen. Bij veel moeders is er namelijk (onbewust) twijfel over de voeding en die onzekerheid kan grotendeels weggenomen worden door een gesprek met een deskundige op het gebied van (borst)voeding. Soms is na het opvolgen van haar adviezen het onrustprobleem al opgelost. Als er geen reden (meer) is om aan de voeding te twijfelen en de onrust blijft, is er grote kans dat dit veroorzaakt wordt door te weinig slaap. Dit kun je verbeteren door rust, regelmaat en inbakeren. Rust en regelmaat klinkt misschien ouderwets en tegenstrijdig met de borstvoedingsprincipes, maar het het is maar net hoe je het bekijkt. Het inbakeren, inclusief alle randvoorwaarden kan toegepast worden in (bijna) elke situatie en op je eigen manier, passend bij jullie eigen gezin. Onzekerheid en oververmoeidheid betekenen vaak het einde van de borstvoeding, terwijl inbakeren de borstvoeding kan redden!
Borstvoeding afbouwen
De meeste moeders geven er de voorkeur aan om hun baby borstvoeding te geven. Toch is dat lang niet elke moeder gegeven, en zijn er ook moeders die dat niet willen. En in sommige gevallen begin je met borstvoeding, maar wil of moet je er na een bepaalde tijd weer mee stoppen, of is het gewoon tijd om te stoppen. Hoewel veel nieuwe moeders wel van alles weten over borstvoeding geven, weten ze vaak maar weinig over het stoppen met borstvoeding geven. Voor sommige moeders kan het zelfs even schrikken zijn dat je dit langzaam moet afbouwen en dat je er niet in een keer mee kunt stoppen. Ook kan het stoppen met borstvoeding voor vrouwen een emotionele rollercoaster zijn. Maar hoe bouw je de borstvoeding nou op een goede, gezonde en veilige manier af?
Afbouwen borstvoeding
Hoe jij het geven van borstvoeding afbouwt is afhankelijk van wanneer en waarom jij stopt met borstvoeding geven. Ook al ben je misschien helemaal niet van plan om borstvoeding te gaan geven aan je kindje, of kan het niet bijvoorbeeld omdat je zelf ziek bent of vanwege medicatiegebruik, of omdat je om wat voor reden dan ook de voorkeur geeft aan kunstvoeding, bij de meeste vrouwen start automatisch na de bevalling de melkproductie. Wil je dat die melkproductie direct weer stopt dan kun je dat op de volgende manier aanpakken. Vaak stopt de melkproductie dan binnen enkele dagen;
- Leg je kindje niet aan de borst en stimuleer zelf je borsten ook niet tot melkproductie, bijvoorbeeld door te kolven. Hiermee voorkom je dat je lichaam het signaal krijgt om nog meer melk te produceren.
- Ook wanneer jij je kindje niet aanlegt in je kraamtijd kun je door de productie van melk in je borsten last krijgen van stuwing. Het helpt dan om een goede strak zittende, maar niet knellende, sportbh te dragen.
- Krijg je toch last van pijnlijke borsten en stuwing dan zijn er verschillende manieren om dat te verlichten. Neem bijvoorbeeld pijnstilling in de vorm van paracetamol, of stop gekneusde witte kool bladeren in je sportbh. Deze bladeren zijn niet alleen heerlijk verkoelend als je de kool in de koelkast bewaart, maar helpen ook nog eens om je melkproductie te stoppen en vocht af te drijven. Ook kun je koude kompressen gebruiken om verlichting te krijgen. Doe dan bijvoorbeeld een nat washandje, een luier of maandverband in de vriezer. Doe de koude kompressen vervolgens in een droog washandje of een droge doek om je borsten mee te koelen.
Stoppen met borstvoeding
Ben je wel begonnen met borstvoeding of heb je zelf de melkproductie op gang gebracht door te kloven, maar wil je de borstvoeding weer afbouwen dan zijn er verschillende manieren waarop je dit kunt aanpakken. Hoe je dit aanpakt is voor iedereen een persoonlijke keuze. Maar het is wel belangrijk dat je hier de tijd voor neemt. Stop je te snel met het geven van borstvoeding of het kolven dan kun je stuwing krijgen of last krijgen van verstopte melkklieren, wat erg pijnlijk kan zijn en ook tot een borstontsteking kan leiden. Hieronder lees je welke manieren je kunt gebruiken.
Gedeeltelijk blijven voeden
Veel vrouwen kiezen ervoor om de borstvoeding langzaam af te bouwen door hun kindje borstvoeding te blijven geven, maar geleidelijk voedingen te vervangen voor kunstvoeding. Daarbij kies je eerst een voedingsmoment uit om te laten vallen en te vervangen door een kunstvoeding. De rest van de voedingsmomenten geef je je kindje dan gewoon borstvoeding. Bij het overslaan van een borstvoeding kun je last krijgen van volle borsten en soms van stuwing. Dit geeft niet en is juist wel goed om de melkproductie af te remmen. Maar wanneer je er veel last van hebt kun je een beetje kolen tot het weer prettig voelt. Pas wanneer je geen stuwing meer ervaart van de overgeslagen voeding kun je een volgende voeding vervangen door kunstvoeding. Zorg er wel voor dat de volgende voeding die je vervangt niet direct volgt op het eerste voedingsmoment dat je liet vallen. Anders is de kans op stuwing en eventuele problemen met je borsten groter.
Stel je er van tevoren maar op in dat het afbouwen van borstvoeding geven een geduldklusje is. Hoe snel het gaat kan per persoon verschillen, maar gemiddeld staat er voor het afbouwen van een voedingsmoment een week. Luister daarbij goed naar je lichaam en hou je borsten goed in de gaten op pijnlijke, harde of warme plekken.
Kolvend afbouwen
Soms wil je de borstvoeding afbouwen en wil je helemaal geen borstvoeding meer geven. In dat geval kun je de borstvoeding ook meteen stoppen en alleen nog maar kolven wanneer je last hebt van volle borsten. Je kunt dan nog steeds een combinatie van moedermelk en kunstvoeding aan je kindje geven. De aanmaak van melkproductie loopt in dit geval vaak sneller terug. Je kolft in dit geval dan niet op ieder voedingsmoment, maar alleen wanneer jij het gevoel hebt dat het niet meer comfortabel is. Dan kolf je je borsten bovendien niet helemaal leeg. Maar slechts zodat de grootste spanning weg is. Je zult dan steeds minder hoeven kolven, tot je helemaal geen stuwing meer voelt en kunt stoppen.
Je kunt ook afbouwen door elk voedingsmoment te blijven kolven, maar dan met steeds minder opbrengst. Hierbij kolf je eerst een normale hoeveelheid voeding en bouw je steeds verder af met ongeveer 30 ml. Ook hierbij is het belangrijk dat je de tijd neemt en goed luistert naar je lichaam. Voelt het niet comfortabel herhaal een hoeveelheid dan gerust een aantal keer of kolf de borsten leeg. Hetzelfde principe kun je ook hanteren door steeds minder lang te kolven.
Tijdens het afbouwen kun je last krijgen van een dip omdat er ook een dip in je hormonen valt als je stopt met borstvoeding geven en melk aanmaken. Ook is het niet vreemd als je borsten na het afbouwen weer vol voelen. Zolang je hier geen last van hebt, het geen pijn doet en ze niet hard of warm worden kun je dit gewoon negeren. Bij twijfel kun je altijd contact opnemen met een deskundige. Als je als moeder eenmaal de knoop hebt doorgehakt om te stoppen met borstvoeding geven kan dat een emotioneel moment zijn en wil je vaak ook zo snel mogelijk stoppen. Neem toch vooral de tijd, want wanneer je een borstontsteking oploopt is dat niet alleen pijnlijk, maar moet je noodgedwongen de melkproductie weer op gang helpen om er weer van af te komen. Dan duurt het uiteindelijk alleen maar langer.
Alcohol en borstvoeding
Na een hele zwangerschap zonder alcohol kijken veel vrouwen na de komst van hun kindje toch wel uit naar dat wijntje of biertje, of die zomerse cocktail. Maar kun je eigenlijk wel alcohol drinken als je borstvoeding geeft? Is dat niet heel slecht voor de kwaliteit van je melk of voor je kindje? Als we de experts mogen geloven kan het geen kwaad om matig te drinken. Daarmee wordt bijvoorbeeld bedoeld twee keer per week een of twee glazen wijn of een andere drank met een lager alcoholpercentage. Wel wordt door sommige onderzoekers aangeraden de drank de eerste maand na de geboorte van je kindje nog even te laten staan. Heb je dan eindelijk dat glas wijn gedronken, dan moet je daarna twee uur wachten voor je je kindje borstvoeding geeft. Jouw lichaam heeft de alcohol dan namelijk al afgebroken waardoor het niet meer in de moedermelk zit. Drink je meer dan een glas dan tel je er per glas twee uur bovenop. Uiteraard is het nooit aan te raden om overmatig te drinken. Maar helemaal wanneer je borstvoeding geeft en voor een kindje moet zorgen is dit onverstandig. Het drinken van alcohol kan bovendien de melkproductie belemmeren, waardoor je kindje minder melk krijgt.
Borstvoeding bewaren
Jouw baby is nog maar net op de wereld en moet nog weerstand opbouwen. Daarom is het extra belangrijk dat je gekolfde borstvoeding op de juiste wijze bewaard voor je je kindje ermee voedt. Om bacteriën geen kans te geven moet je borstvoeding gekoeld bewaren, in de koelkast of in de vriezer. Zorg er altijd voor dat je je handen gewassen hebt en dat je hygiënisch te werk gaat. Dat betekent dat je de moedermelk opslaat in een schoon en droog flesje, hard plastic bakje of speciaal zakje voor moedermelk. Zet er vervolgens altijd de datum waarop je de melk gekolfd hebt erop. Dan kun je ervoor kiezen om de melk achterin de koelkast te bewaren die op vier graden staat. Je kunt de melk dan drie dagen bewaren. Ben je een voorraadje aan het maken dan kun je er ook voor kiezen om de melk in de te vriezen na het kolven. Het makkelijkste doe je dit in de speciale moedermelkzakjes waar je precies de juiste portie in kwijt kunt. In een goedwerkende vriezer kun je de melk dan zes maanden goed houden. Ontdooi de melk bij voorkeur langzaam in de koelkast en gebruik het na ontdooien binnen 24 uur. Kijk er niet gek van op als de melk er anders uit ziet dan hoe je het in de vriezer deed. Vaak wordt het een beetje waterig en zie je er kleine vlokjes in drijven. Dit zijn de vetten die van nature in moedermelk zitten. Ook kan het wat scherp ruiken. Je kunt de melk dan nog gewoon geven. Ruikt de melk heel zuur of twijfel je erg dan kun je het beter niet geven.
Borstvoeding en ibuprofen
Als jij borstvoeding geeft krijgt jouw kindje via de moedermelk stoffen binnen die jij tot je neemt. Het is daarom belangrijk om goed te letten op wat je eet, drinkt en welke medicijnen je gebruikt. Het allerbeste is het om geen medicatie te gebruiken. Maar soms heb je nu eenmaal een medicijn nodig. Daarom staat er in vrijwel elke bijsluiter van medicatie vermeldt of je dat betreffende medicijn in kunt nemen terwijl je borstvoeding geeft. Zo ook bij een pijnstiller als ibuprofen. Dit is een veelgebruikte pijnstiller die je gewoon zonder recept bij de drogist kunt kopen. Als je een knallende koppijn hebt of je hebt pijn na de bevalling dan kun je prima ibuprofen gebruiken. Een klein percentage hiervan komt in je moedermelk terecht maar dat kan geen kwaad. Gebruik het alleen niet te lang en nooit meer dan de aanbevolen hoeveelheid. Heb je om wat voor reden dan ook langer en meer pijnstilling nodig, dan is het slim om hierover te overleggen met je kraamhulp of huisarts.
Hoe lang borstvoeding geven?
Op de vraag hoe lang jij je kindje borstvoeding moet geven is eigenlijk maar één antwoord mogelijk. En dat is hoe lang jij dat zelf wilt en hoe lang dat goed voor jou voelt. Ook wanneer je er voor kiest om helemaal geen borstvoeding te geven, om wat voor reden dan ook, is dat jouw keuze. Maar wanneer je voor borstvoeding kiest, dan vraag je je misschien af wanneer je daar het beste weer mee kunt stoppen. Ook hier geldt weer dat dit helemaal aan jou is. Wel is er een advies dat door de Wereldgezondheidsorganisatie wordt uitgedragen. Zij adviseren om een baby de eerste zes maanden uitsluitend borstvoeding te geven. Na die zes maanden kun je overstappen op een combinatie van borstvoeding en bijvoeding, totdat je kindje twee jaar wordt. Nou is borstvoeding niet voor elke moeder weggelegd, ook al zouden ze dat misschien wel willen. Het is dan ook helemaal ok als je eerder stopt met borstvoeding geven als dat voor jou goed voelt of als het niet anders kan.
Voordelen borstvoeding
Vooropgesteld; ook van kunstvoeding worden kleine baby’s gewoon gezond groot. Dat gezegd hebbende geeft het geven van borstvoeding wel een aantal voordelen, zowel voor je kindje als voor jou. In de eerste plaats is het geven van borstvoeding goed voor de gezondheid van je kindje. Er zitten bepaalde unieke stofjes in jouw moedermelk die je baby beschermen. Bijvoorbeeld tegen luchtweginfecties of infecties in de maag of darmpjes en oorontstekingen. Op miraculeuze wijze past jouw moedermelk zich bovendien helemaal aan de behoefte van jouw kindje en wat het nodig heeft aan. Zo weet jij dus altijd zeker dat je je nooit zorgen hoeft te maken of jouw kindje wel genoeg en goede voedingsstoffen binnenkrijgt. En doordat wat jij eet van invloed is op de smaak van je moedermelk maakt jouw kindje alvast kennis met verschillende smaken.
Ook voor jouw eigen gezondheid lijkt het geven van borstvoeding goede dingen te doen. Zo zou je minder kans hebben hoge bloeddruk, diabetes type 2 en reuma als je (langdurig) borstvoeding geeft. Ook zorgt het geven van borstvoeding voor het zogenaamde knuffelhormoon oxytocine en zie je die zwangerschapskilo’s letterlijk als sneeuw voor de zon verdwijnen. Niet verkeerd, toch? En ook niet geheel onbelangrijk; het is handig dat jij je kindje op elk moment en overal direct kunt voeden. Je draagt de voeding immers altijd met je mee en het komt er op de perfecte temperatuur uit. Bovendien scheelt het ook nog eens in de centen, want het is volledig gratis. Ben je even niet in de buurt dan kun je die moedermelk afkolven en gekoeld klaarzetten zodat iemand anders kan voeden.
Borstvoeding ketting
Kersverse mama’s leren vaak tijdens de eerste borstvoedingssessie al dat pasgeboren baby’s vlijmscherpe nageltjes kunnen hebben. Ook maken veel kindjes er een hobby van om tijdens het voeden met hun piepkleine handjes en vingertjes overal aan te frunniken. Ze trekken aan je haar, knijpen in je borst, of krabben zelfs je vel open. Borstvoeding geven is al niet altijd een makkie, maar dit maakt het er niet makkelijker op. Met een speciale borstvoedingsketting kan je dit voorkomen. Een borstvoedingsketting is een ketting die jij tijdens het voeden draagt en waar jouw kindje veilig mee kan spelen, aan kan trekken, prutsen, op kan sabbelen en in kan bijten. Deze ketting werkt natuurlijk net zo goed tijdens het voeden met kunstvoeding. Het is de perfecte oplossing voor kindjes die tijdens het drinken onrustig zijn. Daarnaast stimuleert het de zintuigen van je kindje en kan het bijten en sabbelen ook nog helpen tegen pijn bij doorkomende tandjes.
Borstvoeding doek
Een groot voordeel van borstvoeding geven is dat je op elk moment je kindje kunt voeden. En hoewel het geven van borstvoeding in het openbaar steeds normaler wordt gevonden, zijn er toch situaties waarin je liever wat meer bedekt bent. Een borstvoedingsdoek kan dan een uitkomst zijn. Met deze doek kun je borstvoeding geven zonder dat jij je bekeken voelt. Het grote stuk stof bedekt zowel jouw blote borst als je kindje. Daardoor is de borstvoedingsdoek ook erg praktisch als jij een kindje hebt dat tijdens het voeden erg afgeleid raakt door de omgeving. Je maakt de doek vaak vast met een lintje of touwtje in je nek, en bovenaan zit een halve maanvormige flexibele ring, waardoor je eigenlijk een soort klein tentje voor je kindje creëert. Door de opening kunnen jullie elkaar wel zien en krijgt je kindje frisse lucht. Borstvoedingsdoeken zijn er in allerlei verschillende kleuren en printjes, en gemaakt van allerlei zachte stoffen.
Borstvoeding houdingen
Borstvoeding geven is een van de meest natuurlijke dingen op aarde. Je zou dan ook verwachten dat je, zodra je kindje geboren wordt, meteen weet wat je moet doen en hoe je dat het beste kunt doen. Dat het allemaal eigenlijk vanzelf gaat. Helaas is dat vaak niet zo. Borstvoeding geven gaat niet vanzelf maar er gaat een heel leerproces aan vooraf. En wat voor de ene moeder werkt, werkt voor jou misschien wel helemaal niet. Het is dus vooral een kwestie van veel proberen. Het allerbelangrijkste is dat zowel jij als je kindje tijdens het voeden comfortabel zijn en dat je kindje goed kan drinken. Dan maakt het eigenlijk niet zoveel uit hoe je het precies doet. Soms is dat echter nogal een zoektocht. Maak het jezelf hierbij vooral gemakkelijk. Je zult je namelijk verbazen hoe snel je een lamme arm krijgt of kramp in je nek tijdens het voeden. Dat los je op door je arm te ondersteunen, bijvoorbeeld met een voedingskussen. Gelukkig zijn er meer dan tien verschillende borstvoedingshoudingen waarin jij je kindje kunt voeden, zowel liggend, half zittend of zelfs lopend. Hieronder vind je een opsomming van de meest bekende en succesvolle borstvoedingshoudingen.
Madonnahouding
Denk je aan een moeder die borstvoeding geeft dan zie je haar waarschijnlijk in de Madonnahouding voor je. Deze houding is dan ook verreweg het populairste en wordt door de meeste mama’s wel gebruikt. Hierbij zit je rechtop en laat je het hoofdje van je baby rusten op je onderarm en ondersteun je de rug ook met je onderarm. De billetjes laat je rusten op je schoot en het neusje zit precies voor de tepel. Je baby ligt op zijn zij met de buik naar jouw buik toe. Het prettigste is wanneer je je schouders kunt ontspannen door gebruik te maken van een voedingskussen onder je arm en een fijn kussen in je rug.
Liggend op je zij
Voor veel vrouwen is dit een fijne borstvoedingshouding in het kraambed. Vooral na een heftige bevalling of keizersnede, waarbij je nog niet op de been bent is het fijn als je kunt blijven liggen tijdens het voeden. En ook midden in de nacht is dit een handige houding om onder de knie te hebben. Voor deze houding lig je op je zij en ligt je baby ook op de zij naar jou toe, met het mondje precies voor de tepel. Je hoofd kun je laten rusten op je arm.
Half-liggend op je rug (of Biological Nurturing)
Deze borstvoedingshouding wordt ook wel biological nurturing genoemd omdat het vaak de houding is waarin moeders voor de eerste keer borstvoeding geven gelijk na de geboorte. Bij deze houding leun je achterover in een kussen en lig je dus eigenlijk half op je rug en lig je buik aan buik met je kindje. Je ondersteunt hem met je arm zodat hij niet wegrolt en zodat zijn hoofdje steun krijgt.
Baker- of rugbyhouding
De naam van deze borstvoedingshouding zegt het eigenlijk al een beetje. Bij deze lijkt het enigszins alsof jij je baby vasthoudt zoals een rugbyspeler dat zou dan met een rugbybal. Je zit comfortabel rechtop met kussens naast je en op je schoot. Je baby ligt op de kussens met zijn neus precies voor je borst, zijn buik tegen jouw zij en zijn beentjes een beetje schuin naar achteren. Met je hand ondersteun je het hoofdje en met je onderarm de rug.
Borstvoeding stimuleren
Lang niet bij iedere moeder is borstvoeding geven vanzelfsprekend. Soms komt, om wat voor reden dan ook, de borstvoeding niet goed op gang, waardoor je kindje niet voldoende melk krijgt. In dat geval is het belangrijk om te achterhalen waarom je niet voldoende melk aanmaakt en hoe je dit vervolgens kunt stimuleren. Veelvoorkomende oorzaken van een melkproductie zijn stress, medische oorzaken, een baby die niet goed kan aanhappen waardoor de melkproductie niet voldoende gestimuleerd wordt, bijvoorbeeld door een te kort tongriempje of een borstvoedingshouding die niet goed werkt.
Wil je proberen je melkproductie te stimuleren dan zijn er een aantal dingen die je kunt doen. Een van de belangrijkste dingen is dat je moet proberen te ontspannen tijdens het voeden. Dit zorgt er voor dat je melk makkelijker op gang komt. Zorg er daarom voor dat je lekker comfortabel zit, dat je goede ondersteuning hebt van kussens en dat je alles bij de hand hebt wat je nodig hebt tijdens het voeden. Door lekker in je eigen bed of op je eigen bank te voeden met een ontbloot bovenlijf en een blote baby maak je dat fijne hormoon oxytocine aan en is de kans dat je melkproductie verbetert ook groter. Wissel ook eens je borstvoedingshoudingen af om te kijken of er wellicht een houding is die beter voor jullie beiden werkt. Je borsten zijn tijdens het geven van borstvoeding een soort on demand fabriekje. Hoe vaker jij je kindje aanlegt, hoe meer borstvoeding je zult gaan aanmaken. Is je melkproductie verminderd dat kun je het weer proberen te verhogen door je kindje meer aan te leggen. Vergeet daarbij niet steeds je borsten af te wisselen. En begin telkens met de borst waarmee je bent geëindigd. Hou tijdens het voeden goed in de gaten of je kindje goed drinkt. Drinkt hij minder actief masseer dan je borst om de toestroom van melk te bevorderen zodat je kindje ook weer beter gaat drinken. Laat je kindje drinken tot je het gevoel hebt dat je borsten leeg zijn. Stopt je kindje eerder dan kun je de rest nog afkolven.