Makkelijke en moeilijke baby’s
Veel ouder-kind-paren raken haast als vanzelf en soepel op elkaar ingespeeld. De ouders leren wat de behoeftes zijn van hun baby en vervullen die behoeftes op hun eigen manier.
Het ingespeeld raken op elkaar gaat in andere situaties moeizamer tot zéér moeizaam. In moeizame situaties wordt óf de oorzaak van het huilen niet gevonden, óf wordt de verkeerde oplossing gekozen. Vervolgens ontstaat er een spanningsveld tussen de behoeftes van de baby en de behoeftes van de ouders. Deze spanningen kunnen uiteindelijk zelfs leiden tot hechtingsproblemen.
Interactie
Het op elkaar ingespeeld raken worden ook wel interactiepatronen genoemd. Zo kan er onderscheid gemaakt worden tussen gezonde en ongezonde interactiepatronen. De belangrijkste oorzaken voor een slechte aansluiting tussen ouders en baby zijn gelegen in de waarden en verwachtingen van de ouders en in mindere mate aan hun eigen karakter. Deze slechte aansluiting wordt ook wel ‘poor fit’ genoemd.
Factoren die ouders voor problemen stellen bij het hanteren van ‘moeilijke’ baby’s* zijn onder meer:
- onervarenheid
- onrealistische verwachtingen en normen
- persoonlijke problemen
- sociale spanningen (bijvoorbeeld relatie- en financiële problemen)
* in plaats van moeilijk kun je ook prikkelbaar, veeleisend, temperamentvol of hoogsensitief lezen.
Omdat sommige baby’s door vrijwel alle ouders als moeilijk worden ervaren, moet men er niet vanuit gaan dat deze ouders dús persoonlijke problemen hebben. Bovendien zijn sommige gedragingen bij de ene baby sterker en langduriger aanwezig dan bij de andere baby.
Ook bij moeilijkheden hoeft het niet te betekenen dat er problemen zullen ontstaan in de interactie tussen baby en ouders. Bovendien moet er onderscheid gemaakt worden tussen het moeilijke temperament en de problemen die het gevólg zijn van het temperament.
Makkelijke baby’s
zijn regelmatig, gaan positief in op nieuwe prikkels, passen zich snel aan in nieuwe situaties en hebben een redelijk opgewekt stemmingsleven. Ze hebben bijvoorbeeld vrij snel een regelmatig slaap-waakpatroon, eet nieuw eten met smaak en gaat zonder veel protest uit logeren.
Gematigde baby’s
zijn niet dol op veranderingen, maar passen zich na twee of drie keer wel aan. Ze zijn nooit uitbundig of helemaal van hun stuk, altijd wat gematigd in hun reacties.
Moeilijke baby’s
Moeilijke baby’s worden door hun ouders moeizaam begrepen en vragen meer aandacht en geduld in de omgang dan andere kinderen. De moeilijke baby is precies het tegenovergestelde van de makkelijke baby. Hij houdt vast aan routine. Van ieder nieuw gezicht schrikt hij en in een vreemd bed kan hij niet in slaap komen. Moeilijke baby’s voelen zich snel onbehaaglijk, onveilig en lijken overweldigd door de indrukken die hen vanuit hun nieuwe omgeving bereiken.
Ze zijn meestal niet zo dol op duimzuigen of op het zuigen op een fopspeen. Ook houden ze er niet van om geknuffeld te worden. Tijdens het voeden kijken ze weg of doen ze hun ogen dicht. Eigenlijk hebben ze het nog het meest naar hun zin als ze met rust gelaten worden. Dit kan een vervelende ervaring zijn als je het gevoel hebt door je baby te worden afgewezen.
Prikkelbare baby
Prikkelbare baby’s kunnen er niet goed tegen als er meerdere (soorten) prikkels tegelijkertijd op hen afkomen. Daarom is het bijvoorbeeld beter om tijdens het voeden van een prikkelbare baby zo min mogelijk tegen hem te praten of hem te strelen. Zorg voor een rustige en ontspannen omgeving.
Laat een prikkelbare baby niet te hongerig worden. Voed hem liever wat vaker en voed hem bij de eerste hongersignalen. Niet rekken, niet eerst verschonen, niet wachten tot hij gaat huilen. Bij het (bijna) wakker worden, oppakken, voeden, boeren en daarna pas verschonen.
Laat een prikkelbare baby ook niet te moe worden. Als je moeite hebt met het ontdekken van de slaapsignalen van je baby, kun je hem desnoods tijdelijk ‘op de klok’ in bed leggen. Afhankelijk van de leeftijd van je baby, is redelijk te voorspellen hoe lang hij wakker kan zijn, klik hier voor een overzicht van wakkere tijden. Maak daarna binnen enkele dagen steeds meer plaats voor kijken naar je baby, klik hier voor slaapsignalen en hongersignalen.
Vertrouwen
Als je irreële verwachtingen van je baby en van het ouderschap hebt, heb je dit patroon vaak al in je eigen kindertijd opgebouwd. Wie als baby niet geholpen is door de mensen in zijn omgeving, vraagt als volwassene niet meer om hulp. Wie als klein kind niet geleerd heeft om te vertrouwen op zijn eigen mogelijkheden, beschikt later over weinig zelfvertrouwen.
Je ervaring en verwachtingen kunnen ook te maken hebben met eerdere kinderen. Deze ervaringen kunnen een positieve dan wel negatieve uitwerking hebben. Je kunt angst voelen voor herhaling van onrust, huilen en oververmoeidheid. Aan de andere kant kun je prikkelbaar gedrag en oververmoeidheid bij een volgend kind eerder herkennen en daardoor eerder bijsturen of hulp zoeken.
Alle jonge baby’s zijn gevoelig. Ze kunnen zich nog niet afschermen van de emoties van hun ouders en nemen deze in meer of mindere mate over. Hierdoor ontstaat een wisselwerking kan een onrustpatroon versterkt raken. Ook als ze ouder worden blijven kinderen spiegels, ze geven je lessen waardoor je kunt groeien.
Hou van jezelf door rekening te houden met je eigen mogelijkheden en belastbaarheid. Probeer daarbinnen zo goed mogelijk tegemoet te komen aan de behoeftes van je baby. Zie elke moeilijkheid als een les waar je van kunt groeien!
Lees meer
Het huilen van je baby, mogelijke oorzaken
Baby huilt veel, 10x informatie en tips
Eén reactie
Karin
Hallo Sylvie,
Mooi stuk weer. Helder en inzichtelijk voor zowel jonge ouders als mensen die werken met jonge ouders.
Met hartelijke groet,
Karin
Klein geluk